Sherlock Holmes is waarschijnlijk beroemder dan de schrijver, zoals Peter Pan beroemder is dan de schrijver J.M. Barrie, waarmee Sir Arthur overigens bevriend was. Sir Arthur Conan Doyle was eigenlijk nooit van plan om zoveel verhalen over de detective te schrijven en probeerde zelfs tussentijds Sherlock ‘te vermoorden’, maar na protest van zijn lezers begon hij toch weer over Sherlock te schrijven. Na het bezoek aan het graf wilde ik nog even in het kerkje kijken, na wat aarzelen duwde ik de deur open en zo stonden we in het supermooie kerkje. Toen de rust verdween door naderende voetstappen, verlieten we de kerk en liepen we weer terug naar onze auto in de berm, op naar de volgende toeristische bezienswaardigheid: Rufus Stone. Al jaren zag ik langs de snelweg een bord met de afslag ‘Rufus Stone’ en vond het zo’n eigenaardige naam dat het hoog tijd werd om deze ‘stone’ een keer te bezoeken. Eenmaal bij Rufus aangekomen, bleek het niet meer dan een driezijdige metalen pilaar als bescherming voor de ‘stone’die daar door Lord Delaware in 1745 was neergelegd ter herinnering aan een eik die er had gestaan, waartegen de pijl was afgeketst die vervolgens de Engelse koning Willem Rufus had gedood. De pijl schijnt tijdens een jachtpartij te zijn afgeschoten door Rufus’ vriend Sir Walter Tyrell, die een pub naar hem vernoemd kreeg niet ver van de steen. Het verhaal was interessant, maar de stone zelf verdiende volgens ons geen eigen afslag op de snelweg.
Eerste Paasdag genoten we van ons grote chocolade paasei en bezochten we vrienden en familie in de buurt. Tweede Paasdag vertrokken we in alle vroegte richting Avebury, een dorpje dat bekend is om de grootste pre-historische cirkel van megalieten ter wereld die ouder wordt geschat dan Stonehenge. We reden door glooiende landschappen en belandden vanwege een omleiding op kronkelige landweggetjes. Hoewel we de enigen op de weg dachten te zijn, moesten we plotsklaps remmen voor overstekende bunnies, die zo de paasbrunch wisten te ontsnappen. Even later kwamen we bij de parkeerplaats aan die nog gesloten bleek te zijn. Terwijl ik lachend in de auto toekeek, opende Michael het grote hek; we bleken net iets eerder te zijn dan de parkeerwachter die vlak daarna kwam aanscheuren in haar auto, uitstapte en het slot van de deuren afhaalden waarachter de parkeerautomaat verstopt zat. Het was erg mooi om in alle vroegte en rust langs de megalieten te wandelen en we waren er nog niet over uit wat nou mooier was, Stonehenge of Avebury; het dagdromen werd abrupt gestopt toen we terugkeerden op de inmiddels bomvolle en drukke parkeerplaats.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten