Het weekend na het Hoge Veluwe
fietsen was het tijd voor alweer het laatste muziekfestival van het seizoen,
Baroeg Open Air in Rotterdam, ook wel bekend als het hardste gratis festival,
dat beloofde wat! Dus op zaterdagochtend 10 september reden we richting het
westen. Ook al was het inmiddels herfst, het weer trok zich hier in ieder geval
niets van aan en de airco loeide op de hoogste stand. Even dachten we dat de
drukte op de ring van Rotterdam te maken had met het festival, maar al snel
kwamen we erachter dat dit kwam omdat een aantal afritten waren afgesloten in
verband met werkzaamheden. Na een detour over de Van Brienenoord brug, kwamen
we aan in de parkeergarage aan de rand van de stad. Van daaruit namen we de
metro naar het Zuiderpark. We hoefden ons niet af te vragen of we in de juiste
metro zaten, gewoon de stereotype langharige, zwartgeklede metalmeute volgen.
Op het festivalterrein hadden we Sander al snel gevonden en we werden met z’n
allen verwelkomd door de death metal deunen van de band Bodyfarm uit
Amersfoort, wat een binnenkomer zeg. Na dit eerste optreden zochten we een
plekje op het gras en genoten van het zonnige weer en het mensenkijken. De
vreemdste en interessantste kleding creaties liepen voorbij en de sfeer was
heel gemoedelijk. Ineens spotten we ook Karen en Edwin tussen de bezoekers en
de anderen van de groep schoven ook al snel aan, een gezellig weerzien. Terwijl
de vrouwen nog aan het bijpraten waren, stonden de mannen van de groep bij het
volgende optreden: Angel Witch. Toen ik uiteindelijk besloot om toch ook nog
even een kijkje in de tent te nemen, speelde de band al hun laatste nummer en
was het publiek al uit geheadbangd. We keerden terug naar de zon en het kleedje
en aan het begin van de avond gingen we via de drum ’n bass van Counterstrike
naar het optreden van Discharge, een mooie harde afsluiter zowel qua geluid als
snelheid waarop de nummers achterelkaar gespeeld werden, de zanger rende al
schreeuwend, zingend, van de ene kant van het podium naar de andere en na
veertig minuten was het voor Michael helemaal duidelijk, de zanger was ‘a very
angry man’. Moe maar voldaan reden we ’s avonds weer terug naar Friesland. Toen
we de volgende ochtend in de sportschool op de crosstrainer stonden was dat wel
even een omschakeling met de dag ervoor. We gingen van Bodyfarm naar het
farmbezoek van ‘the incredible doctor Pol’ (een reality serie op National
Geographic) die op de tv te zien was tijdens het sporten. Nog nooit had ik van
deze Drentse dierenarts in Amerika gehoord en nu was hij ineens overal, zelfs
op 17 september bij de manage in Drachten. Gelukkig gingen we toen op
verjaardagsvisite bij mijn broer, waar we gezellig tot in de late uurtjes
feestten!
De voordelen van niet werken zijn dat je dagen de tijd hebt om bij te
slapen én dat je spontaan op een woensdagmiddag samen met je moeder aan een 10
kilometer wandeltocht mee kan doen. Omdat het nog steeds mooi weer was, fietsten
we bij wijze van warming-up naar het startpunt bij De Veenhoop. Er waren
behoorlijk wat deelnemers, maar die verspreidden zich al snel over de paden. De
route ging door weilanden, over veeroosters, door hekjes en natuurgebieden waar
we naast vogels ook vreemde vogels zagen, een paar gepensioneerde wildplassers,
die werden opgeschrikt door de sliert wandelaars. Aan het eind van de route
dronken we een kop koffie op het terras van ‘It Polderhûs’ en voor de cooling-down
fietsten we via een andere route weer terug naar Drachten. De rest van de week
zaten we ook niet stil, we gingen nog even een paar keer naar de sportschool en
op zaterdagochtend renden we in en om Drachten, daarna waren we wel toe aan een
weekendje relaxen. Afgelopen zondagochtend reden we dus in alle vroegte naar
Harlingen om de boot naar Terschelling te nemen. Voor Michaels gevoel iets té
vroeg, niet omdat hij niet van vroeg opstaan houdt, maar meer omdat ik altijd,
heel Nederlands, overal op tijd wil zijn, wat er meestal op neerkomt dat we als
eersten op de plaats van bestemming aankomen...ook nu had hij natuurlijk weer
gelijk! Maar het goede nieuws was dat we nu vanaf de parkeerplaats niet de
pendelbus hoefden te nemen, maar alle tijd hadden om rustig naar de boot te
wandelen. We hadden een kaartje voor de ‘langzame’ boot, maar we kwamen toch
eerder in West-Terschelling aan dan verwacht, waarschijnlijk hadden we zee mee.We liepen langs de haven naar het hostel, maar we waren te vroeg om in te checken.
We besloten de bagage achter te laten en alvast een fiets te huren en te
genieten van het eiland. Ik vond het een gek idee om weer terug te zijn op het
eiland waar ik negentien jaar geleden een aantal maanden had gewerkt. In de
tussentijd was er natuurlijk wel het één en ander veranderd, maar de dorpjes
waar we langs fietsten niet; we fietsten langs Halfweg, Hee, Kaard, Baaiduinen,
Midsland, Landerum naar Formerum, waar nu zelfs een Jumbo supermarkt zit die
ook op zondag geopend is. Daar haalden we alles voor een picknick en fietsten
via het bungalowpark waar ik gewerkt had naar Oosterend, het laatste dorp van
het eiland. We dronken een biertje op het terras van eetcafé De Boschplaat en
tot mijn verbazing stonden zelfs de oude bordspelen daar nog steeds op de
boekenplank in het café, leuk! We lunchten in de duinen en besloten daarna nog
even door te fietsen naar het strand bij het Heartbreak Hotel. Heerlijk op zo’n
zomerse dag en zo in het naseizoen was er haast niemand op het strand. Aan het
eind van de middag fietsten we weer terug naar het hostel en we waren blij dat
we een mountainbike met veel versnellingen gehuurd hadden, want in de
tussentijd was de wind gedraaid en moesten we de hele terugweg tegen de wind in
rijden. Poeh, we dachten dat we een weekendje fitnessvrij waren, maar dat viel
vies tegen. Maar elke keer als we toeristen op een elektrische fiets inhaalden,
gaf dat wel weer een kick om door te gaan. Fitgefietst kwamen we bij het hostel
aan, maar dit keer waren we te laat om in te checken, de receptie was alweer
dicht! Gelukkig konden we bij de bar van het hostel terecht voor de keycard en
eindelijk stonden we dan in onze kamer. De kamer was behoorlijk spartaans
ingericht, maar was schoon en had alles wat we nodig hadden, zelfs bedlampjes
die me deden denken aan zo’n lamp boven een tandartsstoel! De volgende ochtend
ontbeten we in de ontbijtzaal van het hostel met een geweldig uitzicht op de
duinen en de zee. Een powerontbijt voor een nieuwe dag fietsen, dit keer door
de duinen naar West aan Zee. Na een tijdje daar op het strand te hebben gezeten
fietsten we verder naar Midsland aan Zee en belandden we uiteindelijk op een
terrasje in het gezellige centrum van Midsland.
Via de dijk langs de Waddenzee
fietsten we weer terug naar West-Terschelling. ’s Avonds aten we bij restaurant
het Raadhuis, een mooi gerenoveerd oud pand van het voormalige raadhuis met een
heerlijk menu en juttersbitter likeur als ‘after dinner’, een soort variant op
de zoete Malaga wijn, not bad! Het licht van de vuurtoren begeleidde ons terug
naar het hostel waar we nog even naar de hostelbar gingen. De barkeepster was
blij dat er eindelijk mensen in de bar zaten en tapte graag een biertje voor
ons. In het kader van het lokale producten proefavondje namen we een
Schoemrakker, een lekker afzakkertje! Ondertussen vertelde de barkeepster dat
het naseizoen ook wel weer zijn charme had, minder druk en de eilanders konden
haast niet wachten totdat ze weer met hun auto’s het strand op mochten...De
volgende ochtend hadden we nog één keer ontbijt met uitzicht op zee en daarna
checkten we uit. We liepen door de gezellige straatjes van West-Terschelling en
rond het middaguur zaten we met het laatste restje toeristen op de boot, het
eiland was weer voor de eilanders.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten